maandag 18 juli 2011

Leuvens dialect: deel drie

M’emme vandoog e neigeniereloëk                   We hebben vandaag een begrafenis
in Vlierbeik                                                       in Vlierbeek

Es me da nen bèllemoinkes                               Dat is een lawaaimaker

Doo’s een oor in de bouter                               Daar is iets niet pluis

Vei ne niet zit em op ze pjêd                              Hij maakt zich boos voor een kleinigheid

‘K em vandoog mo lèllebieene                          Ik heb vandaag maar slappe benen

’T es een biskantege zook                                 Het is een vervelende zaak

Stekt da moo nit in eu bolleke                           Wees daar maar niet bezorgd over

Da’s naa nekiee nen azoënpisser                       Dat is een echte zuurpruim

Edde ’t  wei van eu gat kinnen afsjidde              Heb je u er weer vanaf kunnen maken

Da zod’em ni noo jeive                                     Dat zou je nooit van hem verwachten

Z’es getroud mei ne lillekendag                         Ze is getrouwd met een lelijkaard

Oë ’s wei gon lampette                                     Hij is weer gaan drinken (zuipen)

Zuen’n upmêrking es ielemoo gedeploseid          Zo’n opmerking is totaal misplaatst

Da kan mene witte nit trekken                           Dat kan ik mij financieel niet veroorloven

Ge moet ne ave mèttekou gieen smeule             Iemand met ervaring moet je niet zeggen
lieere trekke                                                        wat hij moet doen

Wa zoëde goë toch vei nen ètfrètter                  Wat ben jij een kniezer

Zet eiven ollenblok moo gerrieed vei                 Zet uw klomp maar klaar voor Sinterklaas
Sinterkloos

Patate-mèt                                                      aardappelmarkt (kruispunt Vaartstraat –
                                                                      Vital Decosterstraat)

Ze trekt wei een froos                                       Ze laat haar lip hangen

Doo zat e jêredolleken in men badkomer             Er zat een spitsmuis in mijn badkamer

Elke zot iee zen marot                                       Ieder heeft zijn stokpaardje


En als toemaatje, de spreuk van de maand:   enthousiasme. 


Wie zijn geestdrift behoudt, wordt wellicht ouder van jaren, maar nooit oud.
       (Camille Huysmans)


Wanneer iemand sterft en hij heeft op zijn kinderen zijn enthousiasme overgedragen, dan heeft hij hen een schat van ongekende waarde nagelaten.
         (Thomas A. Edison)


Enthousiaste groetjes.

LeoPol

Geen opmerkingen:

Een reactie posten